dinsdag 3 september 2013

Ik ben niet gek, ik ben een vliegtuig

'Dokter, ik ben zo ontzettend moe en ik voel me gewoon niet goed.'
Deze zin heb ik in de afgelopen jahaharen meerdere malen uitgesproken aan de geleerde heren en dames van de geneeskunde. Hier en daar zal ik misschien een ietsie andere woordkeus gebruikt hebben, maar het kwam elke keer op hetzelfde neer. In de loop der tijd vulde ik deze schijnbaar simpel ogende zin aan met een steeds langer wordende lijst van klachten.

'Mevrouw, we zullen eens even bloed laten prikken.'
En met het uitspreken van deze zin werd het bekende lab-formulier uit de lade getrokken en de standaard dingetjes aangekruist. Liters bloed heb ik in de loop der tijd afgestaan. Zonde, want het is alle keren volslagen zinloos gebleken. De medische mannen en vrouwen hebben keer op keer niets kunnen vinden en dan houdt het al heel snel op. Want niets vinden betekent niets aan de hand.

Ik heb me nooit laten kisten door mijn lijf die niet deed wat ik wilde dat het deed. Belangrijk is iedere dag met een glimlach tegemoet te treden en aan het einde van de dag deze met een glimlach af te sluiten. Maar me erbij neerleggen is wel even een ander dingetje.

Omdat ik vanaf de winter van 2010 - die zeer koude Siberische winter, weet u nog? - in rap tempo steeds minder kon, heb ik de noodklok geluid. Omdat ik echt heel irritant heb staan slingeren aan dat ding, kreeg ik een paar onderzoeken extra, maar ook dat gaf geen verklaring voor mijn slechte welbevinden. Er werd geopperd dat ik wellicht chronisch vermoeid kon zijn en werd doorverwezen naar een centrum die dat kon behandelen. Daar concludeerde men ME op basis van een vragenlijst. Geen succes, dat hele centrum niet, maar ik ging naar een ergotherapeut, een fysiotherapeut en een psycholoog. Veel geleerd, maar verbeteren: ho maar.

Ik nam mijn troef, Mr.T. mee naar mijn huisarts. We praatten als Brugman en werden bedolven onder verontwaardiging. De enige oplossing voor mijn problemen was een goede psycholoog en 'flink over de loopband gejaagd worden'. En daarmee ging de deur definitief dicht.

Het mooie is dat bij het sluiten van elke deur er een ander weer open gaat. Dus reisde ik af naar Neder-Over-Heembeek in het prachtige België. Naar een specialist voor mensen zoals ik. Mijn adem werd getest na het drinken van smerige lactose- en fructosedrankjes. Ik stond in mijn poep te scheppen om het in een een minuscuul buisje te proppen. Ik plaste in een potje. Ik fietste tot ik niet meer kon, terwijl ik aan allerlei toeters en bellen verbonden was. En weer gaf ik liters bloed.

En wat blijkt, mijn lijf doet het écht niet zo goed en dat is nog aantoonbaar ook. Ik heb te kampen met de langetermijngevolgen van een onbehandelde Lyme-infectie (Borreliose) met Bartonella als co-infectie. Hierdoor is mijn immuunsysteem helemaal van de wap. Maar wat nog veel mooier is, er is wat aan te doen en dat gaat gebeuren ook!

Ik ben dus niet gek, dat u het even weet.